A. Voorstellen Hoofdlijnenakkoord voor de jaren 2025-2027
A.1 Landbouwprogramma
Met de Uitvoeringsagenda Landbouw Groningen 2024 geven wij invulling aan het landbouwbeleid van de provincie Groningen voor 2024. Op dit moment werken wij aan een nieuw beleidsprogramma 2025-2030 voor de landbouw, dat naast een uitvoeringsdeel een toekomstbeeld op de landbouw zal bevatten als nadere uitwerking van de economische visie en nieuwe omgevingsvisie van de provincie Groningen.
Gezien de prominente aanwezigheid van de landbouwsector in de provincie Groningen kan worden gesteld dat Groningen een echte landbouwprovincie is. Zowel het Koersdocument voor de omgevingsvisie (vastgesteld in 2022) als het coalitieakkoord 'Veur Mekoar' (juni 2023) geven aan dat Groningen ook naar de toekomst toe een landbouwprovincie blijft. Te verwachten is dat de landbouw wel gaat veranderen vanwege veranderende maatschappelijke wensen en behoeften.
Samengevat richten we ons beleid op het stimuleren van een landbouw in Groningen die op een schone en efficiënte wijze hoogwaardig voedsel en groene grondstoffen produceert, met een goed verdienmodel voor de boer én positieve bijdrage aan maatschappelijk gewenste ontwikkelingen. Door het stimuleren van innovaties en experimenten is de landbouw in Groningen een voorbeeld in andere regio's als het gaat om verduurzaming van landbouwsystemen en het zorg dragen voor voldoende gezond voedsel.
Om uitvoering te kunnen geven aan de ambities in het nieuwe beleidsprogramma voor de landbouw wordt voorgesteld om voor de periode 2025-2027 € 3,75 miljoen (€ 1,25 miljoen per jaar) beschikbaar te stellen. Wij stellen voor dit bedrag te dekken uit de Algemene middelen.
A.2 Natuur
a. Biodiversiteit - vergroten natuurwaarden in natuur- en landbouwgebied
In de afgelopen jaren is door de terreineherende organisaties (tbo's) geconstateerd dat het landelijk gebied intensiever en vaker wordt bezocht. De waarde van landschap en natuur is door meer mensen 'ontdekt'. Door deze actuele ontwikkelingen werd ook duidelijk dat de voorzieningen en faciliteiten om de bezoekersstromen te kunnen opvangen achter zijn gebleven. Het ontbreken van faciliteiten heeft ook als gevolg dat de gebieden niet altijd even goed bekend zijn bij het publiek. Wij willen de tbo's stimuleren en ondersteunen in het verhogen van de toegankelijkheid, gebruiksvriendelijkheid (ook voor sport en bewegen) en bekendheid van karakteristieke landschappen en waardevolle natuurterreinen door middel van (verbetering van) recreatieve voorzieningen. Hierbij is extra aandacht voor specifieke doelgroepen (andersvaliden, ouderen, jongeren). Met het budget kunnen 2-4 terreinen per jaar een impuls krijgen. Gezamenlijk met de tbo's wordt hiervoor een planning en verdeling gemaakt.
Om uitvoering te kunnen geven aan bovenstaande ambities wordt voorgesteld om incidenteel voor de periode 2025-2027 € 0,3 miljoen (€ 0,1 miljoen per jaar) beschikbaar te stellen. Wij stellen voor dit bedrag te dekken uit de Algemene middelen.
b. Soortenbeleid
Het soortenbeleid heeft betrekking op maatregelen ter versterking en begeleiding van onder meer akker- en weidevogels, bevers, de wolf en zeehonden. Dit zijn veelal dossiers met een structureel karakter. De bescherming van akker-/weidevogels is een wettelijke taak. Voor de wolf is een regeling opgezet voor de uitleen van tijdelijke rasters aan agrariërs na een aanval van wolf op hun vee. Voor de bever is een beheerplan opgesteld dat uitgevoerd moet worden. Voor zeehonden gaat het om afspraken in het kader van het zeehondenakkoord tussen LNV, kustprovincies, gemeenten, zeehondenopvangcentra en vrijwilligersorganisaties. Dit akkoord loopt nog tot 2028.
Om uitvoering te kunnen geven aan bovenstaande (wettelijke) taken wordt voorgesteld om voor de periode 2025-2027 € 0,375 miljoen (€ 0,125 miljoen per jaar) beschikbaar te stellen. Wij stellen voor dit bedrag te dekken uit de Algemene middelen.
c. Stikstof (diversiteit, natuurherstel en landbouwmaatregelen en stikstofreductie
Voor de transitie landelijk gebied werken we volop aan het opstellen van de gebiedsplannen. De verwachting is dat deze gebiedsplannen na de zomer gereed zijn. Daarnaast bereiden we de uitvoeringsorganisatie voor en verkennen we of we aansluitend op het gereedkomen van de gebiedsplannen in sommige gebieden al stappen kunnen zetten.
Op dit moment lopen er al diverse processen met stakeholders en projecten inzake de transitie landelijk gebied die gecontinueerd moeten worden. Daarnaast maken we al kosten bijvoorbeeld op gebied van grondzaken (afschrijving gebouwen), potentiële bedrijfsverplaatsing in het kader van vermindering van de stikstofbelasting voor Natura2000-gebied Lieftinghsbroek, is er een adviescommissie Lieftinghsbroek en worden diverse proceskosten gemaakt.
Om uitvoering te kunnen geven aan bovenstaande werkzaamheden en de processen (onder andere met derden) te kunnen continueren, wordt voorgesteld om incidenteel voor de periode 2025-2027 € 5,1 miljoen (€ 1,7 miljoen per jaar) beschikbaar te stellen. Wij stellen voor dit bedrag te dekken uit de Algemene middelen.
d. Reductie CO2 Bos en Hout
Middels dit uitvoeringsprogramma dient een uitbreiding van het groen in Groningen met 750 hectare/7,5 km in de periode tot 2030 gerealiseerd te worden. Dit is verdeeld in ongeveer 50% nieuw bos, 30% in groene landschapselementen zoals houtsingels en groen langs wegen en het groener maken van bedrijventerreinen en (boeren-)erven. Meer groen draagt bij aan de klimaatadaptatie, de economie, de inrichting van de ruimte, de biodiversiteit en de leefbaarheid.
Naast onze eigen ambitie hebben we ook een aandeel in de landelijke bossenstrategie van 375 hectare in 10 jaar t/m 2030 (jaarlijks 37,5 ha.). Het gaat hier om een inspanningsverplichting.
Met een budget € 1 miljoen kunnen we tussen de 10-13 ha. per jaar realiseren. De verwachting was dat we naast de eigen middelen ook een bijdrage uit het transitiefonds zouden krijgen van het Rijk waarmee we onze ambitie konden waarmaken. Op dit moment is het Rijksbeleid voor dit onderwerp nog onduidelijk.
Het uitvoeringsprogramma Bos en Hout is in samenwerking met gemeenten, groene gebiedspartners en agrarische collectieven tot stand gekomen. Op een zogeheten 'Kansenkaart' is geïnventariseerd waar bos, bomen en struiken goed passen en kunnen groeien. Hierbij worden de karakteristieke eigenschappen van het Groninger landschap versterkt en worden vooral bij het aanplanten van landschapselementen zoveel mogelijk bomen en struiken gebruikt die van nature in Groningen voorkomen.
Om gedeeltelijk uitvoering te kunnen geven aan het Uitvoeringsprogramma Bos en Hout via subsidieregelingen en bosaanleg op aangekochte provinciale gronden, is voor de periode 2025-2027 € 3 miljoen (€ 1 miljoen per jaar) benodigd. Wij stellen voor dit bedrag te dekken uit de Algemene middelen.
Voor 2024 wordt vanuit Bos en Hout € 0,25 miljoen ingezet ter dekking van het voorstel 'Versterking samenwerking natuurtoezicht'. Voor 2024 resteert hiermee voor Bos en Hout een budget van € 1,75 miljoen.
e. Natuurnetwerk Nederland
De realisatie van het Natuurnetwerk Nederland (NNN) is een belangrijke wettelijke kerntaak voor de provincie en maakt onderdeel uit van de afspraken met het Rijk. In het Natuurpact met het Rijk is de bestuurlijke afspraak vastgelegd dat het NNN in 2027 klaar is. In het Hoofdlijnakkoord hebben wij aangegeven het NNN te gaan uitbreiden tot de voorgeschreven omvang, maar dat realisatie is uitgesteld tot 2030.
Periodiek maken we samen met Prolander een doorkijk inzake de nog te realiseren hectares aankoop en inrichting NNN en welke middelen hiervoor benodigd zijn (op basis van de actuele marktontwikkelingen). Uit deze doorkijk blijkt dat de gemiddelde grondprijs de afgelopen jaren een sterk stijgende lijn vertoont die zich naar verwachting zal voortzetten. De druk op de grondmarkt neemt toe door diverse ontwikkelingen, waardoor de grondprijs stijgt. Ook de eenheidsprijzen voor inrichting stijgen fors.
Tot 2030 gaat hierdoor een tekort optreden van ca. € 18,0 miljoen voor de realisatie van het natuurnetwerk. Een gedeelte van de prijsstijgingen kunnen we opvangen met de extra middelen die het college beschikbaar heeft gesteld waardoor het verwachte tekort rond de € 15 miljoen bedraagt. Een gedeelte van de inrichtingskosten verwachten we te kunnen inverdienen met toekomstige Europese POP-subsidies.
Om uitvoering te kunnen geven aan de afspraken zoals opgenomen in het Natuurpact wordt voorgesteld om incidenteel voor de periode 2025-2027 € 3,43 miljoen (€ 1,14 miljoen per jaar) beschikbaar te stellen. Wij stellen voor dit bedrag te dekken uit de Algemene middelen.
A.3a Realisatie Waddenopgave
De provincie Groningen werkt samen met de provincies Friesland en Noord-Holland aan de ontwikkeling van het Waddengebied. Hiervoor worden grotere integrale projecten en programma's ontwikkeld om het Waddengebied te versterken. Het Rijk draagt hierin bij via de programmatische aanpak grote wateren (PAGW) en het Investeringskader Waddengebied (IKW) stelt via het Waddenfonds middelen beschikbaar. Door de kustontwikkeling integraal te cofinancieren dragen we bij aan de toekomst van het kustgebied van onze provincie . Vanaf 2016 hebben we deze cofinanciering al beschikbaar en is een multiplier gerealiseerd van circa 1:10. De investeringen zijn erop gericht om de leefbaarheid, vrije tijdseconomie, natuur, landbouw en economie rondom de kust (havens) te versterken. De kustontwikkeling heeft betrekking op thema's klimaatadaptatie (zoetwaterbeschikbaarheid), verduurzaming economie waaronder vergroening chemie (Eemshaven en Oosterhorn), ecologische versterking/biodiversiteit en de landbouw, recreatie en leefbaarheid.
Om uitvoering te kunnen geven aan de opgaven in het Waddengebied wordt voorgesteld om incidenteel voor de periode 2025-2027 € 3,0 miljoen (€ 1,0 miljoen per jaar) beschikbaar te stellen. Wij stellen voor dit bedrag te dekken uit de Algemene middelen.
A.3b Cofinanciering Waddenfonds
Via het Investeringskader Waddengebied (IKW) worden majeure programma's in het totale Nederlandse Waddengebied mogelijk gemaakt met financiering via het Waddenfonds. Twee majeure programma's, te weten Gastheerschap Waddengebied en Cultuurlandschap Waddengebied zijn nu gereed voor indiening bij het Waddenfonds.
Beide programma's hebben hun uitstraling over het gehele Wadden(kust)gebied en versterken de uitstraling van dit unieke Unesco Werelderfgoed. Financiering van deze programma's vindt voor 50% plaats via het Waddenfonds/IKW. De cofinanciering loopt via de Waddenprovincies, daar waar het programma zijn uitwerking heeft en beslaat 10% van de totale financiering per waddenprovincie.
Voor deze beide programma's is in de komende periode cofinanciering vanuit de provincie Groningen benodigd.
Het IKW stopt met nieuwe aanvragen met ingang van 2027, maar de tenders van Waddenfonds lopen een jaar langer door tot 2028. Tot die tijd is cofinanciering van nog nader te ontwikkelen programma's en projecten noodzakelijk. Hierna ontstaat een nieuwe periode waarover gesprekken plaatsvinden met de Rijkspartners. Een vervolg van een soortgelijk investeringsfonds en bijkomende programma's en projecten ligt hierbij in de lijn der verwachting.
Om de cofinanciering voor programma's binnen het IKW mogelijk te maken is incidenteel voor de periode 2024-2027 een bedrag van € 1,05 miljoen benodigd. Wij gaan er van uit dat vanuit NPG (voor cultuurlandschappen) een bedrag van € 0,70 miljoen beschikbaar wordt gesteld. Derhalve stellen wij voor om het restant van € 0,35 miljoen te dekken uit de Algemene middelen.